In gesprek met Steven Uitentuis.
Oprichter van Swapfiets en klant bij House of Einstein
Met groeicijfers van 500% is Swapfiets één van de snelstgroeiende scale-ups van Nederland. Drie jaar en twee maanden staat Steven Uitentuis (34 jaar) aan het roer van Swapfiets. In die tijd wist het team meer dan 160.000 mensen to mobiliseren om over te stappen op een huurfiets. Het team bestaat inmiddels uit 120 man op kantoor, 1200 in het veld en er staan nog 70 vacatures open. “Alles draait om een mega strakke organisatie.” Hoe is het om zo hard te groeien? En wat is zijn grootste uitdaging als CEO? Wij spraken Steven bij hem thuis en op kantoor en namen een deep dive in het hoofd van deze fietsenvisionair.
Je werkte eerder bij Pon. Hoe verschilt dit met wat je nu doet?
“We zijn aan het pionieren en dat betekent dat je niet precies weet waar je naartoe gaat. Als je bij een corporate werkt staat er een duidelijke visie en doel. Als scale-up is dat totaal anders. Je reageert continu op de markt en consumenten. Je herdefinieert doelen en rollen en bedenkt nieuwe structuren. Het is alsof je steeds in grijs gebied werkt, zonder geschreven regels. Dat maakt het werk leerzaam en uitdagend, maar ook intensief.”
Hoe is het om met zo’n jong team te werken?
“Pionieren met veel jonge mensen die zichzelf ook nog aan het ontdekken is erg leuk en energiek, maar kan ook wel eens moeizaam zijn. Onze oudste werknemer is 44 jaar. Ik geloof heel erg in een mix van jonge en oudere mensen. Onlangs hebben we een Duitse country manager aangenomen van 40. Dat zijn bij ons de senior mensen. Jonge werknemers voor de drive en verandering, oudere voor de ervaring en stabiliteit.”
Hoe houden jullie deze exponentiële groei onder controle?
“Ons bedrijf is extreem gestructureerd. Dat krijg je met vier Delftenaren aan het roer. We zijn continu bezig met het aanbrengen van structuur. Snelle groei betekent dat je nooit met hetzelfde bezig bent. Alles wat je nu doet, moet direct worden overgedragen aan iemand anders. Je neemt dus telkens afscheid van waar je mee bezig bent. Dat geldt niet alleen voor mezelf maar ook voor anderen binnen het bedrijf. Rollen worden geherdefinieerd, waardoor het kan zijn dat je pakket van verantwoordelijkheden opeens verandert. Hier moet je tegen kunnen.”
Wat maakt Swapfiets uniek?
“We geloven in waanzinnige service. Tijd is ieders kostbaarste bezit dus je wilt zo min mogelijk tijd verliezen aan onzin. Je kunt ons vergelijken met Netflix maar dan voor fietsen. Wij geloven dat de consument ‘wil fietsen’, in plaats van ‘een fiets wil’. Een transitie van bezit naar gebruik. We doen er alles aan om dat werkwoord ‘fietsen’ zo hassle-free mogelijk te maken. Eigenlijk kun je ons beter zien als service innovators dan product innovators. Hoe maken we het proces nog schaalbaarder? We werken hard om de fiets steeds beter te maken. Onder andere om ‘software’ en ‘hardware’ ontwikkeling in hetzelfde team te plaatsen. Maar het uitgangspunt blijft dat als de service perfect is, de fiets volgt. En dat betekent een beter platform, voldoende servicepunten, fietsenmakers en een ophaalservice op de weg.”
Wat is je grootste uitdaging?
“Gek genoeg is nieuwe klanten vinden voor ons niet de grootste uitdaging. Een megastrakke organisatie bouwen om goede service te kunnen leveren wel. Technologie speelt daarbij een belangrijke rol. Al onze medewerkers en consumenten zitten op ons platform. Ik begrijp nu wat ze bedoelen met ‘retail is in the detail’. Inefficiëntie betekent inleveren op marge. Daarnaast zijn we kapitaalintensief. Alle fietsen worden voorgefinancierd.”
Geluk of hard werken?
“Hard werken. Het lijkt één groot succes maar natuurlijk hebben wij het soms ook zwaar. Qua timing hebben we denk ik wel geluk gehad. Vijf jaar geleden had dit concept en kleinere kans van slagen. De adoptiegraad is nu een stuk hoger. Kijk naar de enorme groei van de elektrische step in het buitenland. Mensen pakken sneller dan ooit nieuwe concepten op. Ik geloof dat dit in de toekomst alleen nog maar meer zal zijn.”
En nog even over je favoriete onderwerp, wat is je kledingstijl?
“Ik ben vrij basic qua kleding, veel effen en blauw. Ik vind het belangrijk dat kleding goed zit, een shirt moet getailleerd zijn. De spijkerbroeken van Blue de Genes en Denham vind ik top. Die draag ik helemaal op. Ik moet over een drempel getrokken worden als het gaat om het proberen van iets nieuws. De coltrui uit de shoot zou ik bijvoorbeeld zelf niet snel uitkiezen. Maar na een tijdje dragen vind ik hem toch wel cool. Dus fijn als jullie me een beetje uit mijn comfortzone trekken. Maar niet te vaak.”
[sc name=”instagram”]